Sinterklaasrijm
Tijdens onderzoek voor deze site vond ik een interview met poëziefanaat Henny Vrienten in de NRC. In het stuk citeert Vrienten Rob de Nijs die de teksten van zijn oude band Doe maar zou hebben afgedaan als ‘Sinterklaasrijmpjes op reggae’. We weten allemaal wel ongeveer wat De Nijs bedoelde. Maar wat is Sinterklaasrijm precies?
Een eerste poging:
Sinterklaasrijm is het typische resultaat van mensen die onder tijdsdruk een gedicht moeten schrijven in rijmende verzen, terwijl ze zelden of nooit dichten, over een onderwerp waar al overmatig veel over is geschreven.
Typische kenmerken van Sinterklaasrijm zijn dan:
- Ongelijke regellengtes
- Basaal rijmschema (aabbccdd, etc. of abab, cdcd, etc)
- Ongelijke regellengtes
- Rijmdwang/gezochte rijmwoorden
- Clichématig verhaal
Rob de Nijs doelde mogelijk op:
Ik ken ’n heel leuk tentje
Daar speelt een prima bandje
En iedereen die kent je
Hou je mond nee niks te maren
Poets je schoenen kam je haren
Hoewel dat niet veel meer aan de definitie voldoet dan zijn eigen:
O ik ben rijker dan ik ooit heb durven dromen,
Ik heb jouw liefde elke nacht slaap jij naast mij.
Maar ik ben bang voor elke dag die nog moet komen.
Er is geen banger hart, dan dat van mij.
Belinda Meuldijk (tekstschrijver), ‘Banger Hart’
Met rijmvondsten als misère-blèren en Heb jou nooit gekend/Wil weten wie je bent is Doe Maar meer schuldig wat betreft gezochte rijmwoorden en rijmdwang. Dat aspect lijkt dus zwaarder mee te tellen. De cliché’s van Meuldijk zijn bovendien de cliché’s van het liefdeslied, dat een clichématig genre op zichzelf is. Maar zie hoe de tekst van Banger Hart eenvoudig is om te zetten naar een Sinterklaasgedicht:
O ik ben rijker dan ik ooit heb durven dromen,
Ik heb jouw liefde elke nacht slaap jij naast mij.
Maar ik ben bang voor wat er aan komt stomen.
Wordt het koek of gard dit jaar voor mij.