De honger van uitgeverij Nadorst
Een van de veelbelovende ontwikkelingen van dit moment is de nieuwe bloei van kleine uitgeverijen en zelf uitgevende dichters. Het grootste struikelblok voor deze indie-uitgeverijen is de geloofwaardigheid: hoe overtuig je het poëziepubliek zonder een bekende naam als De Bezige Bij, Prometheus, Van Oorschot etc. op het omslag? Ik sprak met Ruben van Luijk van de Rotterdamse uitgeverij Nadorst.
De beste kennismaking met een uitgeverij is om iets te lezen. We beginnen daarom met een gedicht. In 2013 publiceerde Nadorst de bundel 13, met dertien gedichten van dertien regels van dertien lettergrepen van Daniël Dee. Het twaalfde gedicht:
Er dient nu actie ondernomen te worden. Ik
val terug in de kussens. Er moet iets gebeuren.
Ik glij terug in de kussens. Er dient nu actie
ondernomen te worden. Ik zak terug in de
kussens van mijn riante bed. Er dient nu actie
ondernomen te worden. Ik mag niet klagen, maar
een kracht in mij, sterker dan ik, zuigt mij weer terug
in de kussens. En de heerlijke beelden die ik
dan zie van alle mogelijkheden. De beelden
van alle ongelooflijke mogelijkheden.
De overheerlijke beelden van wat ik nog wil.
Nu moet er iets gebeuren. Actie nu. Ik val, ik
glij, ik zak, ik zuig, ik tracht. Er volgt geen reactie.Daniël Dee, zonder titel, 13, Eendagsvliegreeks #5, Uitgeverij Nadorst, Rotterdam 2013. Overgenomen met toestemming.
Uitgeverij Nadorst is een voortvloeisel van de gelijknamige culturele Stichting Nadorst, een initiatief uit 2000 van dichteres Sylvia Hubers. Uitgever en schrijver/fotograaf Ruben van Luijk vertelt: ‘Op wonderbaarlijke wijze hadden we vijf jaar geleden de beschikking gekregen over bescheiden fondsen. We besloten om die te gebruiken om een uitgeverij op te richten en om te beginnen ons eigen werk uit te geven. Dit had voor een deel een praktische reden: je komt er niet zo gemakkelijk tussen bij de uitgevers in de Amsterdamse grachtengordel en we wilden wél naar buiten met ons werk. We pakten het serieus aan en lieten die eerste uitgaven offset drukken. Als non-profituitgeverij zouden we de opbrengsten gebruiken om nieuwe boeken uit te geven.’
Biblofiele uitgaven
Het enthousiasme voor het uitgeven bleek groter dan de snelheid waarmee budget uit de inkomsten vrijkwam. Ruben: ‘Toen kwamen we op het idee van de Eendagsvliegreeks. Dit zijn dichtbundels die we zelf printen in een oplage van vijftig exemplaren. Dit is een aantal dat je vrijwel zonder uitzondering snel verkoopt, ook wanneer het gaat om relatief onbekende dichters zoals Martin Berghoef, Stephan Vollenberg of Benne van der Velde. De lengte van de bundels zit tussen die van een tijdschriftpublicatie en een reguliere dichtbundel in; precies genoeg om gedichten rond één thema te bundelen. Voor dichters is dat een prettige lengte; ze kunnen met de publicatie een project afsluiten. Voor de lezer is de kans een stuk kleiner dat de bundel gaat vervelen, zoals bij gewone bundels vaak het geval is. Het zijn bovendien echte bibliofiele uitgaven: de bundels zijn gedrukt op bijzonder papier en met de hand gebonden door een bevriende binder. En er komen geen tweede drukken in de reeks.
Deze manier van uitgeven levert ons ook erg veel plezier op. Het voelt soms alsof we in de ondergrondse pers zitten tijdens de Tweede Wereldoorlog. Al zit er geen Grüne Polizei achter ons aan natuurlijk.’
Wilde en Kerouac
Naast de Eendagsvliegreeks en romans geeft Nadorst kunstboeken en vertalingen uit. Rubens collega Joris Lenstra verzorgde eerder een tweetalige uitgave van de gedichten van beat generation-legende Jack Kerouac en vorig jaar verscheen de eveneens tweetalige uitgave van de prozagedichten van Oscar Wilde, voor het eerst met de hiervoor bedoelde illustraties van Charles Ricketts. (Van deze twee boeken staan digitale inkijkexemplaren op de website van de uitgeverij.)
Ruben: ‘De Volkskrant wijdde aan beide vertalingen berichten en daarop volgden onmiddellijk bestellingen door boekhandels. Dat is natuurlijk in de eerste plaats te danken aan die beroemde namen. Als kleine uitgever blijft het moeilijk voor ons om aandacht te krijgen voor onbekende dichters. Daardoor voelt het soms alsof we in de duisternis aan het uitgeven zijn. Er is in Nederland weinig discussie over poëzie, dat maakt het moeilijker om kwaliteit te beoordelen. Wanneer we werk van onszelf uitbrengen laten we dat overigens altijd door anderen beoordelen.’

Dubbele pagina uit Oscar Wilde, Poems in Prose (prozagedichten). © uitgeverij Nadorst/Joris Lenstra (vert.).
Trots
Hoe komt uitgeverij Nadorst op het spoor van nieuw talent? Ruben: ‘Joris is dichter en ik loop zelf ook wel eens rond in de dichtersscene. Er zijn veel dichters die uitgegeven willen worden en we moeten dus juist heel kritisch zijn. We hebben niet de illusie dat we uitgeven voor de eeuwigheid, maar zijn wel steeds op zoek naar iets bijzonders. De bundel 13 van Daniël Dee is een goed voorbeeld. In die dichtvorm had de dichter zelf nog nooit gewerkt. Dat bleek een geslaagd experiment, waar hij zelf trots op is.’
